De ouderdom van deze overblijfselen is iets minder dan 400 miljoen jaar. Ze komen voor in het noorden van de VS.
De versteende overblijfselen van een oud bos werden ontdekt in de berggroeve van de Catskill Range in New York, VS. Deze periode duurde van ongeveer 420 tot 358 miljoen jaar geleden en is een van de langste in het hele paleozoïcum.
Op dit moment verschenen de eerste gewervelde organismen en primitieve boomachtige planten op onze planeet. Zij waren de voorlopers van het Carboon. Het was in deze tijd dat er enorme bossen op de planeet groeiden, die enorme steenkoollagen vormden.
Wetenschappers uit Groot-Brittannië en de Verenigde Staten melden in een wetenschappelijk artikel in de publicatie Current Biology dat de wortels van grote planten werden gevonden tussen oude verstarde fragmenten. William Stein en zijn co-auteurs zijn van mening dat de eerste bossen op aarde enkele miljoenen jaren eerder verschenen dan eerder werd gedacht.
In de zandsteengroeve in de staat New York worden sinds de jaren 60 regelmatig fossiele planten gevonden, waarvan sommige nog steeds gehuld zijn in mysterie. Versteende exemplaren werden pas de laatste jaren goed zichtbaar door de geleidelijke blootstelling aan wind- en regenerosie.
Wetenschappers hebben onder de fossielen de wortels van archaeopteryxen ontdekt - de vroege voorlopers van moderne kale dragende planten. Varenvormig zijn niet ongewoon. Een soort fossiele planten wordt door paleobotanisten toegeschreven aan plauiforme planten.
Deze planten behoren tot de vroegste bomen op onze planeet.Archeopteris wordt beschouwd als de meest "geavanceerde" vroege houtsoort omdat ze zich sneller konden aanpassen aan een veranderend klimaat. Archeopteris wordt beschouwd als de voorouder van moderne bossen.
Het is authentiek bekend dat archeopteris bladeren van een modern type had. Dit betekent dat dergelijke planten aanleiding gaven tot alle moderne houtachtige. Andere planten - eospermatopteris hadden geen vergelijkbare bladeren en wortels. Archeopteris groeide met lange wortels zodat ze water en minerale zouten die erin opgelost waren uit de grond konden opzuigen. Het is deze eigenschap van oude planten waardoor ze snel konden evolueren.
In de buurt van de overblijfselen van een oud bos werden fossiele overblijfselen van een oude vis uit het Laat-Devoon ontdekt. De aanwezigheid van deze vondst betekent dat het grondgebied van de moderne Catskill Range periodiek werd overspoeld door de zee. Dit is duidelijk gebeurd als gevolg van bewegingen van de aardkorst en aardbevingen. Wetenschappers geloven dat het de aanwezigheid van sedimentair gesteente was waardoor de zeldzaamste monsters van oude planten in zo'n goede staat konden worden bewaard. Door de aanwezigheid van water zijn de verstarde overblijfselen bovendien bewaard gebleven.
Deze vondst van wetenschappers zal ons dichter bij het ontrafelen van de geheimen van het oude leven op aarde brengen. Het is mogelijk dat de grenzen van sommige oude periodes moeten worden herzien.